Kurkeik

De Kurkeik is makkelijk in verzorging en daarom geschikt voor iedere tuinier. De mooie boom heeft een dikke kurkbast, die als een jas fungeert in de winter en de boom beschermt tegen vorst. Het maakt deze mediterrane boom beter winterhard dan bijvoorbeeld de Olijfboom. Jonge Kurkeiken hebben echter nog niet zo’n dikke laag kurk om zichzelf te beschermen en zijn daarom gevoeliger voor vorst. In een strenge winter adviseren we daarom de jonge boom in te pakken. De langzaam groeiende Kurkeik hoeft in principe niet gesnoeid te worden. Alleen als je de boom te groot vindt worden voor de tuin kan dit wel. Door middel van snoei in het voorjaar is de Quercus suber op zo’n 4,5 meter te houden. Let erop dat je de mooie robuuste vorm intact houdt!

Heb je de Kurkeik geplant? Een nieuwe boom heeft water nodig om te kunnen wortelen en aan te slaan. Daarom geef je in de eerste periode regelmatig water. Eenmaal goed geworteld en gegroeid, hoef je alleen tijdens langdurig droge periodes nog extra water te geven. Voor de Kurkeik mag de grond wat droger zijn. Een goed doorlatende bodem is essentieel, want deze boom staat niet graag te nat.

Door de grillige groei, wintergroene tooi en bijzondere kurkbast, is de Quercus suber een prachtige aanwinst voor iedere (middel)grote tuin. Als solitair komt de middelgrote boom het best tot zijn recht, op een centrale plek, waar de eyecatcher de aandacht krijgt die hij verdient. Graag staat de Kurkeik op een beschutte plek uit koude wind. Wat de grondsoort betreft stelt de groenblijvende boom weinig eisen, al krijgt een klei- of zandgrond de voorkeur. De Kurkeik mag op een iets droge, kalkhoudende grond worden geplant. Zorg er in ieder geval voor dat de bodem goed doorlatend is, want van natte voeten houdt deze eik niet. Door gebruik te maken van goede aanplantgrond, creëer je gemakkelijk een luchtige bodem. Geef na de aanplanting water, zodat de jonge Kurkeik aan de bodem kan wennen en goed kan gaan wortelen.